De Markt van morgen, niet die van gisteren
09 Juli 2013
In een hekelt schepen Bart Julliams de "tendentieuze gepolariseerde discussies" die zijn ontstaan over de mobiliteit in het Geelse centrum. Hij toont zich bezorgd over de "teloorgang van ons handelscentrum" en roept op om "samen na te denken over hoe gerichte mobiliteit en een juist gemeten parkeerbeleid kan en zal bijdragen in het doen opleven van handel en horeca."recent opiniestuk
Het pleidooi van Julliams om de problematiek van de handelsfunctie van ons centrum grondig te bekijken en aan te pakken is lovenswaardig en terecht. Maar verder schort er toch een en ander aan zijn analyse én de voorgestelde remedie: NV-A Geel is voorstander om opnieuw doorgaand verkeer mogelijk te maken over de Geelse Markt. Uit de discussie tijdens een recente gemeenteraadscommissie bleek dat de partij ook pleit voor parkeerplaatsen op de Markt.
In zijn opiniestuk stelt Julliams dat de economische malaise in ons stadscentrum het gevolg is van het feit dat er te weinig verbinding is tussen de winkelstraten in ons centrum. Het verkeersluwe marktplein wordt hierbij beschouwd als een obstakel. Vandaar het pleidooi van NV-A om opnieuw beweging over de Markt mogelijk te maken, met "veel oog voor verkeersveiligheid", zo stelt Julliams nog. Hoe die verkeersveiligheid dan concreet moet gewaarborgd worden, maakt hij niet duidelijk.
De Geelse NV-A oogst wat ze gezaaid heeft. De polarisatie is ontstaan net omdat de partij zelf zich bezondigt aan sterke profileringsdrang, oppervlakkige analyses en eenvoudige oplossingen zonder het ganse plaatje te bekijken. De stelling dat de huidige inrichting van de Markt dé verklaring vormt voor de economische malaise in het handelscentrum is niet meer dan dat: een stelling. Die in het beste geval slechts een deel van de waarheid weerspiegelt. Toenemende leegstand is een probleem in gans het land, niet alleen in Geel. De economische crisis die ons mondiaal treft werd heus niet veroorzaakt door de heraanleg van onze Geelse Markt. Bovendien zijn er talloze voorbeelden van steden met veel autoluwe zones waar de handel floreert en de leegstand succesvol wordt bestreden. Laat ons ook niet vergeten dat de handel in het centrum van Geel en andere gemeenten in de buurt sterk te lijden heeft onder de concurrentie van winkelcentra buiten de stad. Wanneer horen we de NV-A daarover eens? En hoe lang blijven we ons nog selectief verontwaardigen over shoppingparken zoals in Olen terwijl de uitbouw van de Antwerpseweg als handelslint intussen ook blijft doorgaan? Is de impact van het falend ruimtelijk beleid op dit vlak niet minstens even groot? Met beleidsverantwoordelijkheid van de NV-A van Julliams zowel lokaal, provinciaal als Vlaams? De kleinhandel heeft overigens ook te lijden onder toenemende concurrentie van online winkelen. Ons stadsbestuur moet effectief een analyse maken van de totale problematiek in plaats van zich blind aan te sluiten bij hen die menen dat de verkeersluwe Markt de oorzaak is van alle kwaad.
De winkelstraten Pas, Nieuwstraat én Stationsstraat beschikken elk over een ruime parking en zijn goed bereikbaar. En temidden van die winkelstraten ligt een centrale Markt die een rustpunt vormt waar de passant, shopper of toerist aangenaam kan verpozen. Julliams pleit ervoor om de verbindende functie van de Markt als corridor tussen de winkelstraten te versterken. Ik ben het met hem eens dat op dit vlak niet alle mogelijkheden worden benut. Maar anders dan Julliams denk ik niet dat doorgaand autoverkeer hiervoor de oplossing biedt. Laat ons de relatie tussen Pas en Nieuwstraat/Stationsstraat versterken door de wandel- en fietsverbindingen op te waarderen en uit te breiden. Door nog duidelijker de weg te wijzen via goed onderhouden postpaddekes en bijkomende groene verbindingen ? waarom niet ? ook over de Markt. Laat ons het centrum aantrekkelijk maken door betaalbare parkeertarieven maar ook door kwalitatief openbaar vervoer en veilige fietspaden zodat niet iedereen met de wagen naar het centrum hoeft te komen. Op die manier zorgen we echt voor een opwaardering van de stadskern. En voor een winkelervaring die fundamenteel anders is dan het shoppen in grijze winkelcentra buiten de stad. Wie de Markt opnieuw wil reduceren tot een corridor voor autoverkeer heeft duidelijk niet begrepen dat een aantrekkelijk autoluw plein net een aantrekkingspool kan en zal zijn voor de handel in plaats van een hindernis.
Het jarenlange verzet van een deel van de middenstand tegen de komst van grote ketens is een historische vergissing gebleken. Ons centrum is niet aantrekkelijker geworden omdat zij liever interimkantoren zagen verschijnen dan mogelijke concurrenten. Vandaag zien we de zelfde mensen, nu bij een andere partij, helaas opnieuw pleiten voor kortzichtige oplossingen. Ik doe dan ook een oproep aan de Geelse handelaars om zich niet langer te laten leiden door angst maar vooruit te durven kijken.
Als ik en talloze anderen met mij pleiten voor een autoluwe Markt dan is dat niet omwille van "idyllische kinderdromen" maar omdat ik rotsvast geloof in het feit dat de toekomst van de handel in het centrum niet gebaat is bij de terugkeer naar het verleden. Laat ons niet proberen om het centrum van Geel zo hard mogelijk te doen gelijken op een shoppingpark zoals in Olen of elders maar wel voluit in te zetten op de unieke kwaliteiten van ons stadscentrum. Het is niet de parkeerplaats die de klant zal aantrekken, maar wel een gevarieerd winkelaanbod rond een aantrekkelijk en gezellig marktplein in een verkeersluwe en groene context.
Jeroen Dillen